‘Respect, mevrouw’.
Ik ben weer eens met mijn vuilgrijper in de weer.
‘Dank u’, zeg ik en kijk in de vriendelijk lachende grijsblauwe ogen van een veertiger.
‘Soms klim ik over de stenen om de platen piepschuim die ertussen gewaaid zijn weg te halen.’
‘Respect, meneer’, antwoord ik. ‘Ik durf dat niet. Maar in twee maanden tijd is dit wel de 43ste vuilniszak die ik hier in de directe omgeving vul met zwerfvuil.’
Hij kijkt me aan vol verbazing. ‘Dat is echt bar.’
‘Alleen de hondendrollen laat ik liggen. Er zijn er bij, zo groot, dat zelfs een olifant er stil van wordt.’
‘Mag dit bij u in de zak?’, vraagt zijn dochter. Het gaat om een bal aan een dik gevlochten koord. Het ziet er niet alleen smerig uit maar ook zwaar.
Ik pas: ‘Nog geen honderd meter verder staat een afvalbak. Wil je me een plezier doen en het er zelf even ingooien?’
Het kind, een jaar of negen, blond haar, roze jack, werpt me een venijnige blik toe. Ze draait de bal aan het koord heel hard in het rond. Terwijl haar vader en ik nog wat verder praten over wat de mens allemaal op straat laat als dank, slentert ze langzaam verder. Een meter of tien verderop gaat ze op de hoge promenaderand zitten. Intussen zijn haar vader en ik het er roerend over eens dat het een goede zaak is als er veel meer met kinderen wordt gepraat over het voorkomen van zwerfafval. De dochter, nu met haar ellenbogen steunend op haar in een grijze maillot gehulde knieën, kijkt onophoudelijk in onze richting. Het hoeft geen betoog dat ze baalt van het oponthoud.
‘In elk geval fijn dat ik een medestander heb’, zeg ik als haar pa en ik afscheid nemen.
Het kind staat op nu hij met grote passen haar kant op loopt. Ze pakt zijn hand vast terwijl ik een colablikje tussen de steenblokken omhoog vis. Ik sta versteld wat er in nog geen week tijd weer allemaal achteloos is weggesmeten. Om moedeloos van te worden.
Op het fietspad ligt een sok, een lange zwarte sok, drijfnat. Dat er wanten en handschoenen worden verloren begrijp ik, maar een sok? Het is overigens niet de eerste allenige sok van een volwassene die ik tegenkom sinds ik regelmatig met een vuilgrijper en een vuilniszak aan de wandel ga. Ik kan me er werkelijk niets bij voorstellen dat je onderweg een schoen uitdoet, vervolgens een sok, die op de grond knikkert, je blote voet daarna weer in de schoen steekt en je weg vervolgt. Dat een kleine ukkepuk in het kinderzitje achterop de fiets een schoentje lospeutert, ja, daar kan ik inkomen. Dat een aantal meters verderop het sokje van dezelfde voet uitgaat, kan ik ook nog wel bedenken. Het gezegde is: iemand van de sokken rijden. Zal je iemand ook van één sok kunnen rijden?
Opnieuw word ik onaangenaam verrast door de aanwezigheid van een luier tussen de stenen. Wat beweegt een moeder om in winterse kou een baby te verschonen en dat bovendien zonder de aanwezigheid van iets om het kindje op neer te leggen?
Ter hoogte van de plek waar de dochter zat van mijn medestander, ligt een bal aan een dik gevlochten koord tussen de stenen. Onbetwistbaar haar bal. Rot meid!
Enkele straten verderop heeft I. Haouli de dozen van zijn bestelling bij Body & Fit naast de afvalcontainers gezet. Op de pakbon is precies te zien wat hij allemaal heeft gekocht. Dat leverde hem een gift op in de vorm van een Clean Whey Sachet. Een foto maken van zijn rotzooi met zijn naam op de dozen en die doorsturen naar de Gemeente Amsterdam is zinloos: zulke zaken moeten door de dienst Handhaving zelf worden gesignaleerd. Ja, je kunt het melden, maar er is inmiddels zo giga veel vraag naar handhaving. Daarbij wordt er steeds vaker ingezet op het zelf aanspreken van mensen die hun vuilnis te vroeg buiten zetten dan wel het probleem zelf oplossen. Dus werk ik de hele zooi van I. Haouli de nagenoeg lege afvalbak maar in.
Bij de containers wat verderop staat een heel grote doos. Erin een enorm paard van papier-maché. Werkelijk een grappig beest om te zien. Alleen op enkele plekken een beetje stuk. Reden voor F. van der Heijde om hem te dumpen, getuige de naam op de doos. Nee, niet even wachten totdat dinsdag ook het grote afval wordt opgehaald, maar meteen handelen naar die Bijbelse vermaning om alles wat u hindert van u te werpen.
Met mensen als I. Haouli, F. van der Heijde en dat kind met haar bal redt de wereld het wel!