Iets positiefs over Airbus.
Luchtvaartnieuws kwam ermee. ‘Airbussen zijn comfortabeler dan Boeings’, berichtte het medium. Waarom? Omdat Airbussen in negen van de tien gevallen meer ruimte bieden aan de inzittenden en daardoor ook meer comfort.
Dat is althans de constatering van Lonely Planet, dat reisgidsen uitgeeft. ‘De luchtvaartmaatschappij bepaalt hoeveel beenruimte je hebt. Maar hoe breed de stoelen zijn, is vooral afhankelijk van het vliegtuig. Airbussen hebben net wat bredere cabines dan Boeings, waardoor de stoelen gemiddeld een inch breder zijn’, aldus een toelichting.
De tegengeluiden lieten niet lang op zich wachten.
‘Duidelijk een Airbusfreak’, doet iemand de constatering af. ‘En hoe zit het met de kwaliteit van de Airbussen vergeleken met de Boeings?’, voegt hij eraan toe.
‘Ze hebben nog niet op de laatste rijen bij easyJet gezeten’, stelt een ander.
En nog eentje: ‘Sinds wanneer gaat een reisgids zich ermee bemoeien of wij Airbus of Boeing moeten vliegen?’ Persoon in kwestie schrijft er wel meteen achter dat hij beide vliegtuigen prachtig vindt.
Ook is er nog iemand die zweert bij de 747: ‘Geef mij maar een Jumbo, het beste vliegtuig ooit’, geeft hij te kennen.
Geen van deze tegengeluiden is steekhoudend.
Het eerste komt duidelijk van een Boeingfreak. Het valt nog mee dat hij er niet bij heeft geschreven dat een Airbus een Scarebus is, gevolgd door de slogan: ‘If It’s not Boeing I’m not going’.
Wat betreft zowel Airbus als Boeing mag gesteld worden dat het om zeer betrouwbare machines gaat. Met de kwaliteit zit het wel goed.
De meeste mensen geven er helemaal niets om in wat voor vliegtuigtype ze van A naar B worden vervoerd. Wel om hoe ze er tijdens de vlucht bij zitten. Opgepropt in een stoel scoort hoog als het om ergernissen in het vliegtuig gaat.
Alleen de aanwezigheid van huilende en jengelende kinderen roept nog meer irritaties op.
De reisgidsenuitgever prijst op grond van haar vergelijkend warenonderzoek niet alleen de verschillende Airbus-types voor hun zitcomfort, de Embrear E-jets, de Bombardier C Series én de Boeing 767 worden om dezelfde reden aanbevolen.
Met zijn verwijzing naar de beroerde zitplaatsen op de laatste rijen in een machine van easyJet, slaat de volgende criticaster de plank eveneens geheel mis.
Immers, Lonely Planet laat er geen twijfel over bestaan dat een luchtvaartmaatschappij bepaalt hoeveel beenruimte je hebt. Als je voor een dubbeltje op de eerste rij wilt zitten, of in dit geval op een van de laatste rijen, kan je verwachten dat je niet veel anders wordt vervoerd dan als haringen in een ton.
En dan is er die vraag sinds wanneer een reisgids zich ermee bemoeit of we met een Airbus of een Boeing vliegen. De vraagsteller lijkt me eerder geïnteresseerd in het waarom van deze bemoeienis.
Het antwoord is simpel.
Een reis begint op het moment dat je de deur van je huis achter je dichttrekt en in het eerste het beste vervoermiddel stapt. Of in het eerste het slechtste, dat kan natuurlijk ook.
In een reisgids moet je niet alleen informatie kunnen vinden over hotels, campings, restaurants en bezienswaardigheden. Ook over vervoerbedrijven en hun transportmiddelen. Het kan gaan over een snelboot of een langzamere, over de kleur van taxi’s die gekoppeld is aan bepaalde wijken in een grote stad, over het wel of niet moeten betalen voor je koffer en ook over het zitcomfort in een vliegtuig.
Rest de loftuiting over de Boeing 747. Opmerkelijk genoeg ontbreekt de Jumbo geheel in het rijtje Boeings dat Lonely Planet opnoemt. Hoe snel het tempo ook is waarin de 747-400 wordt uitgefaseerd, toch vliegen er nog enkele maatschappijen mee. En ofschoon de 747-8 in passagiersuitvoering geen kassucces is gebleken, bij Lufthansa, Korean Air en Air China maken ze wel degelijk nog deel uit van de vloot.
Zelf heb ik heel verschillende ervaringen in de 400-uitvoering van dit vliegtuig. In de full pax-versie is het goed toeven in de vier achterste rijen op de stoelen aan linker- en rechterraamzijde.
In de combi-variant trof ik het in de economy comfortzone voor zo’n negentig euro meerkosten wel heel erg slecht. Gezeten op de middelste stoel tussen twee flinke mannen en met een meisje voor me dat haar stoelleuning naar achter klapte, kwam ik dusdanig in de verdrukking dat ik van pure ellende ruim tien uur zittend doorbracht op de trap die een 747 rijk is.
Om te zien maakt de Jumbo zeker deel uit van mijn favorieten. Gedreven door mijn enthousiasme voor de luchtvaart vind ik het bovendien leuk om in zo veel mogelijk soorten vliegmachines te vliegen.
Maar als ik in geval van een lange vlucht de keus heb tussen verschillende maatschappijen en hun vliegtuigtypes, zal ik het advies van Lonely Planet beslist volgen om voorafgaand aan het boeken de seat map te bekijken. En als een Airbus dan de meeste ruimte biedt, ben ik wel gek als ik niet van dat comfort ga genieten.
Kopfoto: © Md Shaifuzzaman Avon via Wikimedia Commons