Vliegtuigen komen en vliegtuigen gaan. Eens maken ze hun allerlaatste landing. Wereldwijd komen ze op allerlei plekken terecht die ze nooit eerder aandeden, veelal ver bij hun voormalige thuishavens vandaan. Sebastian Thoma reisde ze voor zijn boek ‘Nach der letzten Landung’ achterna. Hij bezocht een groot aantal vliegtuigkerkhoven in Amerika en een klein aantal in Europa, die hij als de meest fascinerende ter wereld beschouwt. Hoe het de machines daar vergaat is te zien in dit boek.
Fraaie luchtfoto’s
Op de kaft een impressie van het Amerikaanse Victorville (Californië) met in beeld één van de twee MD-11’s die Martinair hier achterliet. Op dit vliegtuigkerkhof doen beide tri-jets voor FedEx dienst als donormachines, evenals de vele andere toestellen van hetzelfde type die zich daar bevinden. Ordelijk staan ze in rijen gerangschikt, zoals goed te zien is op de fraaie luchtfoto’s die Thoma ervan maakte. Dat is op meer vliegtuigkerkhoven het geval, blijkt algauw tijdens het doorbladeren van het boek. Zeker de beelden van de grote aantallen militaire vliegtuigen die keurig in het gelid staan opgesteld op Davis-Monthan Air Force Base (Arizona), zijn indrukwekkend. Op diverse Amerikaanse vliegtuigkerkhoven gaat het er duidelijk zichtbaar anders aan toe, onder meer op Mojave (Californië). Kriskras staan de afgedankte machines door elkaar, niets is afgeplakt tegen de invloeden van weer en wind. Kingman Airport toont (Arizona) een gevarieerd beeld, met enerzijds keurig in rijen opgestelde regional jets en anderzijds lukraak gestalde ‘exoten’.
Dichterbij huis is er vooral bij het Spaanse Teruel voldoende ruimte om vliegtuigen langdurig te stallen. Ook hier staan de machines keurig in rijen naast en achter elkaar geparkeerd. Elders in Europa, zoals in het Britse Kemble-Cotswold en ‘ons eigen’ Enschede-Twente, ontbreekt daarvoor de ruimte. Gevolg is dat de vliegtuigen die daar zijn achtergelaten veelal vrij snel worden ontmanteld en verschroot. Bijkomende reden daarvoor zijn de weersinvloeden. Een luchtopname van Orlando Sanford, een klein vliegtuigkerkhof in het Amerikaanse Florida, toont de impact: de toestellen staan daar zichtbaar te corroderen. De fotoachtergronden maken de diversiteit in biomen ook mooi inzichtelijk op de plekken waar de eindstations zich bevinden: woestijn óf grasland. Vooral in Europa slijten de toestellen hun laatste dagen in het groen, met het Spaanse Teruel als zonnige uitzondering.
Andere locaties die in beeld worden gebracht: Palmdale, San Bernardino (beide in Californië), Pinal Airpark, Pima Air & Space Museum, Phoenix Goodyear (alle in Arizona), Miami Opa-locka (Florida), Parchim (Duitsland) & Tarbes (Frankrijk).
Speciale aandacht
‘Helaas worden ook legenden verschroot’, bericht Thoma en zo is het. Niet elk vliegtuig kan worden bewaard, de hele aarde zou ermee vol komen te staan. Maar er zijn machines die een ereplaats verdienen en die krijgen ze in dit boek. Terecht betreurt Thoma het lot van de Super Guppy I. De nieuwe eigenaar van vliegveld Bruntingthorpe (Groot-Brittannië) vond het niet nodig dit bijzondere toestel, dat uit een mengelmoes van verschillende vliegtuigonderdelen bestond, nog langer te bewaren. Hij rekende ermee af op de zich tientallen meters verder bevindende sloopplek. Maar voordat het zover was vereeuwigde Thoma de unieke ‘goudvis’. Op de pagina die hij het toestel in zijn boek toebedeelt, wordt de registratie (F-BGTV) helaas niet genoemd terwijl die toch eenvoudig valt te achterhalen. Ook de ‘Gimli-Glider’, een Boeing 767 waarvan beide motoren tijdens een vlucht uitvielen, heeft een ereplaats in het boek. De flight crew slaagde erin de machine veilig aan de grond te zetten, niemand raakte gewond en het toestel, dat nauwelijks schade opliep, kon snel worden gerepareerd. Jammer is dat Thoma noch de registratie van deze 767 (C-GAUN) noch de datum van het voorval (23 juli 1983) vermeldt.
Meermaals brengt hij het lot van een Boeing 747 in beeld die ooit haar trouwe diensten bewees voor United Airlines. In stukken verspreid ligt de Jumbo in Mojave in het woestijnzand, duidelijk anders behandeld dan de andere toestellen die stukje bij beetje van hun onderdelen worden ontdaan. Wat er met haar is gebeurd wordt niet verhaald (een explosietest) en wederom ontbreekt het registratienummer (N198UA). Ook het door velen geliefde ‘Floortje’, de KLM-MD-11 PH-KCD ‘Florence Nightingale’ is terug te vinden in het boek, evenals de Transaero-Boeing 747 EI-XLN met haar tijgersnuit. Van beide machines is de registratie enkel op bijgeplaatste foto’s te zien. Speciale aandacht is er voor de uitfasering van de Martinair-MD-11 PH-MCU ‘Prinses Maxima’ met een tekst van gezagvoerder George de Waard. Een deel van de bijgeleverde foto’s komt bekend voor, want al eerder vertoond in het boek Martinair MD-11 Aviation Legend.
Coronapandemie
Voor lang niet alle vliegtuigen die in het boek zijn te bezichtigen geldt dat het hun laatste landing is. Het laatste deel van het boek geeft een impressie van het beeld dat op diverse luchthavens ontstond na het uitbreken van de coronapandemie. Het is jammer dat Thoma zich hierbij heeft beperkt tot Duitse vliegvelden. Ook doet hij met dit hoofdstuk geen eer aan de titel van zijn boek, veel van de gestalde machines hebben inmiddels het luchtruim weer kunnen kiezen. Voor de grote aantallen geparkeerde Boeings 737 MAX die hij boven Victorville voor de lens kreeg, zal dit vroeg of laat eveneens het geval zijn. Inmiddels geldt dit al voor de Boeing 787 (N887BA) die op dezelfde locatie geparkeerd stond en op de eerste pagina is te zien. Sinds 31 oktober 2019 verblijft zij in Basel voor een nieuw cabine-interieur, na op 23 maart 2018 onder een nieuwe registratie (P4-BDL) al een keer naar Amsterdam te zijn overgevlogen. Kennelijk was Thoma hiervan niet op de hoogte toen hij zijn tekst over deze machine schreef.
Triestheid
Geheel terecht benadrukt hij de uitzonderingspositie van de viermotorige jets: de Boeing 747, de Airbus A340 en A380. De toekomst van de ‘Wally’s’ is onzeker, de twee eerstgenoemde worden meermaals in deerniswekkende omstandigheden getoond. Voor de ware liefhebber stemt dit wel tot enige triestheid. Zeker als je bedenkt dat er enkele machines zijn die werkelijk met pensioen zijn gegaan, zoals in Nederland de PH-BUK en de PH-BFB, twee Jumbo Jets die Schiphol vele jaren als thuishaven hadden. Ook in Duitsland, waar Thoma woont, zijn dergelijke pensionado’s makkelijk te vinden waarmee het boek wat opgefleurd had kunnen worden.
Enige troost bieden de foto’s van het Blackbird Airpark (Californië) met onder meer de NASA Boeing 747 Shuttle Carrier (N911NA) en van Bruntingthorpe met drie Lockheed L-1011 Tristars in hun Royal Air Force-jas. Op de laatste pagina een advertentie van een bedrijf dat meubels maakt van vliegtuigonderdelen, voorafgegaan door een spread met aandacht voor het uitzagen van panelen. Hiervan had Thoma beslist meer kunnen maken, juist omdat het een verbinding geeft met geliefde vliegtuigen die daadwerkelijk voor de allerlaatste keer hun wielen aan de grond zetten.
Interessant
Dat Thoma een goede kijk heeft op zaken als compositie en lichtinval maken de vele foto’s in het boek al heel snel duidelijk. Alleen al daarom is het ronduit zonde dat deze uitgave wel heel erg strak is ingebonden. De foto’s die op een spread zijn afgedrukt zijn daardoor niet meer geheel te zien wat verkorte vliegtuigrompen oplevert, zij het in een totaal andere vorm dan bij de Fokker 70. De vormgeving van het boek is rustig en overzichtelijk. De tekst laat zich makkelijk lezen, zelfs als je de Duitse taal niet supermachtig bent. Voor luchtvaartliefhebbers die graag eens een kijkje nemen op plekken waar vliegtuigen worden ontmanteld is deze uitgave zeker interessant, temeer omdat Thoma op een groot aantal eindstations zowel heeft rondgelopen als erboven heeft gevlogen.
Over de auteur
Sebastian Thoma had het luchtvaartvirus al op jonge leeftijd te pakken. Aangestoken door zijn vader, een helikoptervlieger, ging hij onder andere aan de gang met Microsoft Flight Simulator 95. Zijn droom om in de luchtvaartwereld te werken heeft hij dubbel en dwars kunnen waarmaken. Hij is werkzaam als luchtverkeersleider en beschikt over een brevet waarmee hij kan vliegen op eenmotorige vliegtuigen. Naar die combinatie verwijst de titel van zijn website dan ook: ATCpilot. Eenmaal in het bezit van een goede fotocamera ging zijn interesse er aanvankelijk naar uit om als eerste een bepaald type vliegtuig op de gevoelige plaat vast te leggen. Maar toen een vriend hem erop wees dat die machines de eerste jaren het hemelruim nog wel zouden bevliegen, verschoof hij zijn focus naar uitgediende exemplaren. Daarvan is dit boek het bijzondere resultaat.
- Sebastian Thoma | Nach der letzten Landung – Die faszinierendsten Flugzeugfriedhöfe der Welt
- Hardcover | 192 pagina’s | rijkelijk voorzien van kleurenfoto’s | beperkte oplage (100 exemplaren)
- ISBN 978-3-96453-278-7 | Geramond Verlag GmbH | 2021
€ 39,99 |€ 49,00 met 2 stickers en 8 ansichtkaarten | € 59 met 3 stickers en 30 ansichtkaarten | exclusief € 9,95 per bestelling: https://www.atcpilot.com/books/